What kind of clothing did people wear in prehistory (NL)?
There has been only a limited number of finds of clothing in the Netherlands. Therefore, the reconstructions we show at Archeon are based on many assumptions and foreign finds, mainly from Germany and Denmark.
The clothes of the hunters / gatherers of the Old and Middle Stone Age was probably basically made of leather and fur. Plant fibres like tree bark, nettle, rushes and grass could have been used. Around 5,300 BC, the first farmers introduced the flax plant in the Netherlands. From this time onwards linnen could have been made and worn. During the course of the New Stone Age, people began to use the wool of their sheep. At the latest from the Iron Age onward, the wool was dyed as well.
We know little about the models of clothing from the Stone Age. Rock carvings and the find of a mummy in the Alps give us some clues: skirts for women, loose trouser legs which were held with a belt around the waste and a cloth around the loins for the men. Complete clothes dating back to the Bronze Age are found in Danish graves. Women wore short woollen sweaters and long woollen skirts or short skirts of rope, men wore a woollen kind of skirt until the knees, woollen cloaks and caps. The bogs in the north of the Netherlands revealed simple leather shoes from this period. We have clothes from the Iron Age as well, from the bogs in Northern Germany and Denmark. In those days, women wore peplos-like dresses or skirts made of wool, men wore woollen trousers and tunics. Against the cold, they used cloaks made of sheepskins or wool. They had leather shoes.
The Archeon employees use this kind of clothes daily and therefore know, it fits fine and is often warmer and more comfortable than modern clothes!
Wat voor kleding droegen mensen in de prehistorie (NL)?
In Nederland zijn weinig vondsten gedaan van prehistorische kleding. De kledingreconstructies die we in Archeon laten zien zijn daarom gebaseerd op vele aannames en op vondsten uit het buitenland, vooral Duitsland en Denemarken.
De kleding van de jagers-verzamelaars uit de Oude en de Midden Steentijd was vermoedelijk vooral van leer en bont gemaakt. Ook plantaardige vezels, zoals boombast, brandnetels, biezen en grassen kunnen zijn gebruikt. De eerste boeren introduceerden rond 5.300 voor Chr. de vlasplant in Nederland. Vanaf die tijd kan linnen zijn gemaakt en gedragen. In de loop van de Nieuwe Steentijd raakte ook schapenwol in gebruik. Zeker vanaf de IJzertijd werd de wol bovendien geverfd.
Over de modellen van de kledingstukken uit de Steentijd weten we weinig. Rotsgravures en de vondst van een mummie in een gletsjer in de Alpen geven een idee: rokken voor de vrouwen, beenlingen (losse broekspijpen die met een riem om het middel worden vastgezet) en een lendenlap voor de mannen. Uit de Bronstijd zijn complete kledingstukken bewaard gebleven in Deense graven. De vrouwen droegen wollen truitjes en lange wollen rokken of korte touwrokjes, de mannen droegen een soort wollen jurkjes tot op de knieƫn, wollen mantels en mutsen. In de Noord-Nederlandse venen zijn eenvoudige leren schoenen gevonden uit deze periode. Ook uit de IJzertijd zijn hele kledingstukken bekend. Deze zijn bewaard gebleven in venen in Noord-Duitsland en Denemarken. In deze tijd droegen vrouwen lange kokerjurken of rokken van wol, mannen liepen in wollen broeken en tunieken. Tegen de kou droeg men mantels van schapenvellen of van wol. Aan de voeten droeg men leren schoenen.
De medewerkers van Archeon lopen dagelijks in deze kleding en weten daardoor dat prehistorische kleding prima zit en vaak warmer en comfortabeler is dan moderne kleding!